Luidt de elektrische wagen het einde van het petroleumtijdperk in?

Niemand zal ontkennen dat de verkoop van elektrische wagens en voertuigen in de lift zit. En als we de analisten van Bloomberg of dichter bij huis, die van de Vrije Universiteit Brussel, mogen geloven, dan zou de oliemarkt ten gevolge van het succes van de elektrische wagen, tegen het jaar 2040 ineen moeten storten

Maar zal het allemaal wel zo'n vaart lopen?

Volgens analisten is het niet zozeer het ecologische aspect van elektrische wagens dat de olie- en petroleummarkt de das zal omdoen, maar een verminderde competitiviteit van traditionele wagens ten opzichte van elektrische wagens die almaar veiliger, performanter en goedkoper zullen worden. 

Vandaag wordt een elektrische wagen vooral aangekocht uit milieuoverwegingen, zeker in landen als Noorwegen en Nederland. Maar het milieuaspect zou aan belang inboeten in de toekomst. De prijsfactor zou evenwel belangrijker kunnen worden vanaf 2020 en het daaropvolgende decennium. In die periode verwacht men namelijk dat de productiekost voor lange afstand batterijen zal afnemen en dat de kost voor elektrische wagens bijgevolg ook drastisch zal dalen. Gezien de huidige torenhoge productiekost, zou een prijsdaling wel eens voor de ommekeer kunnen zorgen. Maar er zijn nog andere elementen die een rol spelen. Hoe zit het met de infrastructuur van laadpalen? Hoewel er heel wat zijn bijgekomen - vooral onder impuls van de constructeurs van elektrische wagens weliswaar - is de huidige infrastructuur zeker niet voldoende opdat een groot aantal elektrische voertuigen tegelijkertijd zou kunnen worden opgeladen. Ook dat punt vergt verbetering. Tenslotte kan, bij gebrek aan meer laadpalen, ook de autonomie van de elektrische wagen opgedreven worden. Enkel de Tesla-modellen halen vandaag een aanvaardbare autonomie, maar die hebben dan hun prijskaartje weer tegen...

De analisten die geloven in een grote doorbraak van de elektrische wagen binnen 25 jaar, geven ook wel aan dat ze zich vandaag eigenlijk puur baseren op speculaties, die wel rekening houden met de actuele, slechte vooruitzichten van de oliesector. Het zal toch vooral de consument zijn die grotendeels zal bepalen of hij/zij klaar is voor een elektrische wagen. En uiteraard kunnen ook nog andere maatschappelijke of sectorgebonden ontwikkelingen voor verandering zorgen: zo is er de toegenomen aandacht voor waterstofwagens, het alternatief voor de elektrische wagen volgens vele experten. De waterstofwagen heeft als groot voordeel dat er minder elektriciteit nodig is en dat de productiekost voor de wagen een stuk lager ligt dan die voor de elektrische wagen. Ook in België stijgt de aandacht voor de waterstofwagen als alternatief voor de elektrische wagen en de traditionele benzine- of dieselwagen. Parallel groeit ook de belangstelling voor alternatieve motorbrandstoffen.

Vermelden we ten slotte nog de hybride wagens die, om minder brandstof te verbruiken, een elektromotor met een traditionele verbrandingsmotor combineren. Verbruik en CO2-uitstoot zijn onmiskenbaar voordelen van deze modellen. Bij lage snelheden (in de stad of in de file) rijden hybride wagens volledig elektrisch, zonder brandstof te verbruiken of schadelijke gassen uit te stoten. Ze recupereren ook energie tijdens het remmen. Momenteel heeft ook de hybride wagen nog z'n aankoopprijs tegen. 

Het staat buiten kijf dat we in de komende jaren drastische veranderingen zullen meemaken op het vlak van ons wagenpark. Of de elektrische, de waterstof- of de hybride wagen uiteindelijk het pleit wint, zal grotendeels afhangen van de consument.






Datum van publicatie : 19/05/2016 14:22:00