Biobrandstoffen anno 2017, een verhaal van meer voor- dan nadelen

Het is u wellicht ontgaan, maar momenteel is de derde generatie biobrandstoffen in volle ontwikkeling. Deze derde generatie biobrandstoffen wordt geproduceerd op basis van hiertoe speciaal gekweekte algen. Onderzoekers en experten zijn van mening dat biobrandstoffen van de derde generatie komaf zullen maken met de nadelen van de biobrandstoffen van de eerste en de tweede generatie. 

Wat verstaan we onder biobrandstoffen?

Het gaat om biodiesel dat onder andere wordt gewonnen uit mais, koolzaad, oliepalm en soja; en om bioethanol dat onder andere wordt verkregen uit suikerbiet, suikerriet en uit graan als mais en tarwe. 

De eerste generatie biobrandstoffen is gemaakt van plantaardig materiaal zoals mais, graan, soja, koolzaad, suikerriet en palmolie. Het zijn dus eigenlijk voedselgewassen die als brandstof worden gebruikt. Een probleem bij deze eerste generatie biobrandstoffen is dat de teelt van deze gewassen waaruit de biobrandstoffen dan worden geproduceerd landbouwgrond bezet die dan niet meer voor voedselproductie kan worden gebruikt. En dat is niet het enige nadeel. Een onderzoek dat CE Delft in opdracht van Greenpeace Nederland uitvoerde, wijst uit dat, als de indirecte CO2-emissie wordt meegerekend, het rijden op de eerste generatie biobrandstoffen uitzonderlijk milieuonvriendelijk is. De varianten op basis van soja, koolzaad of palmolie, veroorzaken meer CO2-uitstoot dan gewone diesel. De EU stelt als doel dat een goede biobrandstof een reductie van minstens 35 procent in CO2-uitstoot bewerkstelligt ten opzichte van fossiele brandstoffen. Ook onderzoekers in Duitsland toonden aan dat de meeste biobrandstoffen (van de eerste generatie) de 30 procent niet halen.

Deze brandstoffen slokken ook bijzonder veel meststoffen zoals fosfor en kalium op, die cruciaal zijn voor de landbouw. Het gebruik van biobrandstoffen is in landen als Indonesie en Brazilie een drijfveer voor ontbossing. Ondanks de duidelijke nadelen, zijn biobrandstoffen van de eerste generatie nog steeds de meest voorkomende biobrandstoffen. 

De tweede generatie biobrandstoffen lost een aantal heikele punten van de eerste generatie op, zo komen ze niet in de knoei met de voedselvoorraden omdat ze gewonnen worden uit plantafval en uit oneetbare delen van voedselgewassen. Voor de tweede generatie biobrandstoffen worden oneetbare gewassen zoals de wilg en de giftige purgeernoot verbouwd. Grootste obstakel in de productie van tweede generatie biobrandstoffen is de hoge kost: plantafval bevat veel cellulose en om bioethanol te kunnen produceren moeten plantencellen eerst voorbewerkt worden met enzymen die deze cellulose afbreken. Voor de productie van tweede generatie biobrandstoffen wordt, naast plantaardig materiaal, ook afval gebruikt zoals gebruikt frituurvet of restafval. 

De derde generatie biobrandstoffen is nog volop in ontwikkeling. Deze brandstoffen worden gemaakt uit algen, zeewier of bacterien die speciaal voor dit doel gekweekt worden. Momenteel is deze vorm nog te duur, maar de verwachting is dat nieuwe technieken op termijn de prijs zullen doen dalen. Het mooiste van het verhaal: deze derde generatie kent geen van de nadelen van de voorgaande generaties. 

Zullen we ons klimaatprobleem oplossen met biobrandstoffen?

Biobrandstoffen lijken een geweldig idee: de CO2 die auto's uitstoten bij de verbranding van biobrandstof, wordt door landbouwgewassen uit de lucht gehaald. De gewassen leggen CO2 vervolgens vast in zaden en granen, en weg is het broeikasgas. Door de planten weer om te zetten in brandstof is de cirkel rond. Dat maakt biobrandstof beter dan fossiele brandstoffen.

Toch zijn er ook minpunten. In eerste instantie moet de motor van voertuigen worden aangepast om op biobrandstof te kunnen rijden, wat een dure aangelegenheid is. Daarnaast kost het verbouwen van biobrandstofgewassen ook fossiele brandstof in de vorm van tractors en kunstmest, en is er voor het verbouwen van biobrandstofgewassen zeer veel landbouwgrond nodig.  Tenslotte is de productiekost voor het maken van bioethanol en biodiesel bijna twee keer zo duur per liter als voor petroleumolie.

Deze nadelen wegen evenwel niet op tegen de voordelen van biobrandstoffen. Als we naar de toekomst kijken, dan is het zeker dat we het niet zullen redden met de fossiele brandstoffen. Bovendien bieden biobrandstoffen heel wat voordelen: het belangrijkste voordeel van biobrandstof is een lagere vervuiling want een milieuvriendelijke brandstof stoot veel minder CO2 uit dan diesel of benzine. Uitgevoerde studies schatten dat de uitstoot van broeikasgassen tot 35% kan verminderd worden door het gebruik van biobrandstoffen. De prijs aan de pomp is een ander groot voordeel van biobrandstoffen, want hij ligt lager dan die van een "klassieke" brandstof.

Tot slot is in tegenstelling tot aardolie, biobrandstof een hernieuwbare en "onbeperkte" energie. Een groter gebruik zou leiden tot minder gebruik van fossiele brandstoffen en ons niet meer afhankelijk maken van de olieproducerende landen, wat uiteraard ook een mooi perspectief is. 

Biobrandstoffen zijn vandaag nog niet dé oplossing, maar zijn allicht het meest waardevolle alternatief voor een ‘schonere' toekomst.  
  



  

Datum van publicatie : 07/08/2017 16:50:00